mensen op weg naar het werk in Kopenhagen

België kan niet de kersen pikken uit Deens sociaal model

Opinie van Geert Janssens (De Tijd, 30 juni 2022)

Het Deense socio-economische model koppelt tewerkstellingszekerheid aan een hoge mate van flexibiliteit in combinatie met een grote maatschappelijke gelijkheid. Het model is niet zaligmakend, maar vormt een samenhangend geheel. Aan de basis ligt een blind vertrouwen tussen werkgevers, vakbonden en de overheid. Dat vertrouwen vloeit op zijn beurt voort uit een consistente manier van werken en een groot verantwoordelijkheidsgevoel. We kunnen enkele lessen trekken.

Het deed pijn aan de oren en de ogen. Terwijl we tijdens een ETION-belevingstrip in Kopenhagen kennis konden maken met de harmonie van het Deense socio-economische model, stroomden uit eigen land berichten binnen over stakingsaanzeggingen en vastgelopen sociale gesprekken. Dat het zo grondig fout kan lopen in de enige exporteconomie ter wereld met een automatische loonindexering, blijft bizar. In vergelijking met 2006 lijkt nog niet veel veranderd. Toen hielden we in onze Qwerty- en Azerty-beleidsnota’s het Belgisch socio-economisch model kritisch tegen het licht.

Vergelijking

De vergelijkingsbasis waren destijds toonaangevende landen als Zweden, Duitsland en Denemarken. De hoofdconclusie was dat België nood heeft aan een gemeenschappelijke visie, een duidelijke richting. Zo’n duidelijke keuze staat niet haaks op een meer decentraal sociaal overleg, waarbij sectoren en bedrijven meer ruimte krijgen om loon- en arbeidsvoorwaarden op maat in te vullen. De grenzen tussen sectoren vervagen en oude paritaire comités dekken lang niet meer de lading. Ook de arbeidskrapte maakt de vraag naar beloning in functie van productiviteit zeer acuut.

De grenzen tussen de sectoren vervagen en oude paritaire comités dekken lang niet meer de lading.

Het Deens model bewijst dat meer speelruimte niet noodzakelijk leidt tot een grotere maatschappelijke ongelijkheid. Net zoals Denemarken zijn ook wij een relatief kleine exportgerichte economie. Beide landen hebben een sterke vakbondsvertegenwoordiging met een sterk centraal sociaal overleg. Het Deense overleg laat echter ruimte om verloning en arbeidsvoorwaarden beter te laten aansluiten bij de werkelijke prestaties van bedrijven en sectoren. De eventuele ongelijkheid die daaruit voortvloeit, wordt gecorrigeerd met een grote sociale bescherming.

Flexi-curity

Een typisch gevolg is dat tewerkstellingszekerheid wordt gekoppeld aan arbeidsflexibiliteit. Die ‘flexi-curity’ is een tweesnijdend zwaard. Het is een evenwicht tussen twee tegenpolen. Flexibele loon- en arbeidsvoorwaarden zijn nodig om bedrijven meer armslag te geven in de internationale concurrentiestrijd. Zekerheid (security) is nodig opdat medewerkers die flexibiliteit in volle vertrouwen omarmen. Jobverlies is in die context geen ramp, niet alleen omdat een royaal sociaal systeem klaarstaat om je op te vangen, maar ook omdat bedrijven geen angst hebben om mensen een nieuwe kans te geven. Vlot ontslaan is de tegenhanger van vlot aanwerven.

Om te vermijden dat die zekerheid een hangmat wordt, wordt sterk ingezet op activering en vorming. Die vermijdt dat sociale bescherming uitmondt in een langdurige inactiviteit. Wie na verloop van tijd geen werk vindt, wordt geholpen en zelfs in die mate dat men vacatures niet meer kan weigeren. Zo waakt de overheid erover dat mensen actief en dynamisch blijven. Eventueel krijgt men een publieke of overheidsopdracht. Daarmee draagt een uitkeringsgerechtigde bij aan het algemeen belang. Na twee jaar dooft de werkloosheidsuitkering uit (tot maximaal drie jaar). Er is tijd voor een heroriëntatie, maar niet oneindig veel.

Belangrijke les

Dat brengt ons bij de belangrijkste les van onze ETION-belevingstrip in Kopenhagen. Of het nu het Deense of het Scandinavische model is, dergelijke systemen zijn gebaseerd op een groot wederzijds vertrouwen. Iedereen kan er zeker van zijn dat de andere partijen hun verantwoordelijkheid nemen.

Precies daarom laten dat soort modellen zich niet makkelijk kopiëren. Het devies is: probeer het niet thuis, tenzij je goed begrijpt waarover het gaat. Daarom is ‘cherry picking’ gedoemd te mislukken. Hoge sociale uitgaven, een beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd en een beroep op de sociale verantwoordelijkheid van iedereen… het zijn stuk voor stuk onderdelen van één groot samenhangend geheel. Er elementen uitlichten die passen in de eigen ideologische context ondergraaft die samenhang.

Het Deense model is niet zaligmakend, maar het toont aan dat - wanneer je iets ten goede wil veranderen - je op alle fronten tegelijk dient te werken én over een voldoende lange termijn. Het is een oproep aan de sociale partners en de overheden van dit land om een voldoende ruim perspectief te nemen en verder te kijken dan de waan van de dag.
 

Lees ook