Briefjes van 500 euro worden gedrukt op een geldpers

MMT legt fundamentele vraagstukken bloot

De rekeningen van de coronacrisis lopen dermate hoog op dat steeds meer waarnemers zich luidop afvragen of het misschien tijd is voor een nieuw economisch paradigma. Een theorie die opgang maakt is de Moderne Monetaire Theorie (MMT). In een notendop is MMT een denkwijze die suggereert dat een regering met een eigen munt haar uitgaven onbeperkt kan financieren door de geldpers te gebruiken. Nu centrale banken wereldwijd overheidstekorten op die wijze financieren, lijkt de realiteit de theorie te hebben ingehaald. Uiteraard is zo’n theorie te mooi om waar te zijn maar dat neemt niet weg dat ze een aantal fundamentele vraagstukken blootlegt. Het is verstandig die onder ogen te zien.

Geldkraan open

In een eerdere bijdrage hebben we aangetoond dat zonder tussenkomst van centrale banken, overheden hun omvangrijke pandemietekorten nooit zouden kunnen financieren. Zeker niet via besparingen en/of belastingverhogingen maar evenmin via de verkoop van schuldpapier op de financiële markten. Mocht men dat laatste hebben willen proberen, dan had men fors hogere rentes moeten bieden. Dat zou op zijn beurt de terugbetaalbaarheid van die schulden op de helling hebben gezet. Om niet opnieuw in een vicieuze cirkel terecht te komen, zoals ten tijde van de eurocrisis, heeft ook de ECB deze keer niet getalmd om de geldkraan onmiddellijk wijd open te draaien. Applaus hoeven centrale bankiers daarvoor niet te krijgen want ze deden gewoon hun verdomde plicht.

Uiteraard zijn we daarmee nog niet op het droge. Een terechte vraag is of er niet te veel medicijn werd toegediend. Vooral het stimuluspakket in de VS oogt nogal bombastisch. De geldinjectie heeft de vrees voor inflatie in het leven geroepen.

Een ander vraagstuk betreft de terugkeer naar een normale situatie waarbij overheden hun tekorten opnieuw via de financiële markten financieren en centrale banken hun handen terugtrekken. Dit moet synchroon verlopen met een economisch herstel dat op zijn beurt nodig is om schulden terug te betalen met toekomstige belastinginkomsten. Dat klinkt mooi maar in de praktijk vergt dit naast stuurmanskunst ook qua timing de nodige dosis geluk.

Nieuwe theorie

Maar dan komt daar plots iemand als Stephanie Kelton met een ‘moderne’ visie op monetair beleid die stelt dat het huidige beleid de weg naar MMT openlegt en geld niet langer een probleem is. Met haar The deficit myth krijgt ze ook bij ons veel aandacht. Daarin beargumenteert ze conform MMT dat wanneer een overheid haar uitgaven betaalt in een munt die ze zelf uitgeeft, het vermogen om geld te spenderen in principe onbeperkt is. Hoewel dit zeer contra-intuïtief klinkt, is het volledig juist. Een overheid hoeft in principe helemaal geen belastingen te innen of schulden uit te geven om publieke uitgaven te financieren. De pandemie en de financiële crisis van 2008 hebben overduidelijk aangetoond dat je dat ook kan doen met het hanteren van de geldpers.

Een overheid hoeft in principe helemaal geen belastingen te innen of schulden uit te geven om publieke uitgaven te financieren.

De nuance zit hem echter in het feit dat je het huidige beleid van de centrale banken niet zonder meer kunt gelijk stellen met MMT. In de eurozone laat het artikel 123 van het Verdrag van Maastricht uit 1992 weliswaar een omweg waardoor je met het huidig pandemisch aankoopprogramma de geldpers daadwerkelijk kunt gebruiken. Maar het is lang niet duidelijk of de ECB dit beleid kan blijven volhouden. Een herziening van de spelregels dringt zich hoe dan ook op.

Dat geldt ook voor de rol van inflatie, een risico dat MMT onvermijdelijk met zich meebrengt. De geschiedenis leert dat alle grote crisissen in zekere zin met inflatie werden ‘terugbetaald’. Waarom zou dat nu anders zijn?

Fundamentele vraagstukken

MMT brengt nog een aantal andere fundamentele vraagstukken aan de oppervlakte. Zo is het stilaan duidelijk dat we een betere beleidsmix nodig hebben met meer aandacht voor het fiscaal beleid ter ondersteuning en ter compensatie van het monetaire beleid. MMT als oplossing gaat veel te ver maar de theorie stelt de noodzaak tot het voeren van dit debat terecht op de agenda. Ook is het duidelijk dat centrale bankiers goed moeten blijven duidelijk maken dat ze uit het vaarwater van MMT blijven en terugkeren naar het oude normaal van zodra het kan. Zo niet zal hun geloofwaardigheid eronder leiden.

‘Iets’ doen aan de klimaatkwestie kost handenvol geld. Niets doen kost nog veel meer.

Tot slot, men kan aan de kaak stellen dat het te mooi is om waar te zijn dat we de klimaattransitie gaan betalen met het drukken van geld zoals MMT-aanhangers suggereren. Maar, de kwestie is wel aan de orde. Beter dan zich op te winden over het utopisch karakter van MMT zouden experten zich kunnen bezinnen over alternatieve financieringsmechanismen. MMT kan ons helpen bepalen voor welke uitgaven het verstandig is om te lenen en voor welke het beter is om geld te drukken. Zo’n denkoefening vergt eerst een lange termijnvisie op de klimaattransitie. Zolang die er niet is, blijfven we cirkeltjes ronddraaien.