Vloeistof loopt in een medicijnflesje

De race naar het vaccin bevat lessen voor het klimaat

De snelheid waarmee vaccins tegen COVID-19 werden ontwikkeld, toont andermaal aan hoe efficiënt een vrijemarkteconomie wel kan zijn in het creëren van innovatieve toegevoegde waarde die bovendien ook nog goed is voor mens en samenleving. Hierbij passen evenwel twee bemerkingen. Primo, zonder de miljardenbestellingen van de overheden zou de race wellicht anders zijn verlopen. Secundo, het klimaatvraagstuk vergt een vergelijkbare race maar met andere piloten in de cockpit.

Net zoals de ontwikkeling van vaccins, is ook het klimaatprobleem een marktfaling.

De wereldwijde onderlinge wedijver tussen farmaceutische ondernemingen heeft geleid tot snelle doorbraken in de zoektocht naar een vaccin tegen COVID-19. Een gezonde geest van concurrentie brengt nu eenmaal het beste in mensen naar boven. Vaccins werden in een recordtijd ontwikkeld. Het is een opsteker voor een sector waarvan de maatschappelijke verantwoordelijkheid het voorbije decennium wel eens in twijfel werd getrokken. Het legitimeert ook ons geloof in de heilzame werking van de vrije markt als motor van de welvaart.

Marktfaling

De lofbetuigingen aan het adres van de vrije markt zijn evenwel overroepen als je weet dat overheden met miljardenbestellingen hebben gezorgd voor wat experts ‘een zekere gok’ noemen. De ontwikkeling van nieuwe medicijnen wordt soms gefnuikt doordat men niet zeker is of de toekomstige opbrengsten zullen opwegen tegen de hoge ontwikkelingskosten. Zonder investeringen  komt er geen medicijn. Dit is een marktfaling die kan worden vermeden door te werken met octrooien en patenten, zodat de succesvolle ontwikkelaar zich gedurende een periode kan verzekeren van inkomsten. Bij de ontwikkeling van het COVID-19-vaccin hebben, overigens volledig terecht, gigantische overheidsbestellingen gezorgd voor die veilige marktomgeving.

Dit brengt ons bij een andere marktfaling die minstens even actueel is, namelijk de opwarming van de aarde. Bij de ontwikkeling van medicijnen en vaccins leidt de marktfaling tot een gebrek aan investeringen in onderzoek en ontwikkeling en/of een te hoge prijszetting van medicijnen. Bij het klimaatprobleem krijgen we de omgekeerde faling, namelijk te veel investeringen in koolstofrijke productie en/of een te lage prijszetting van onze consumptie. We stoten koolstof uit, maar in de prijs van onze consumptie wordt de schade aan het klimaat niet aangerekend. Daardoor consumeren we te veel vervuiling en worden we niet aangezet tot duurzame consumptie. De les is dat overheidsingrijpen soms nodig om ervoor te zorgen dat de markt wordt gecorrigeerd en de ongewenste maatschappelijke uitkomst wordt vermeden.

Marktfalingen zijn geen schande. Ze volgen uit de natuur der dingen zoals bij monopolies. De wijze waarop wij ermee omgaan, kan ons echter wel worden aangerekend. Wanneer we het aan de markt overlaten om te bepalen of er (betaalbare) medicijnen komen voor zeldzame ziektes met weinig marktpotentieel, dan maken we als samenleving een morele keuze. Wanneer we twee decennia na elkaar verzuimen om onderzoek naar coronavirussen te financieren, dan moeten we vandaag de hand in eigen boezem steken. Wanneer we nalaten om de gevolgen van de koolstofuitstoot door te rekenen in een gecorrigeerd prijssysteem, dan zadelen we ons nageslacht op met kosten van toekomstige natuurrampen.

Overheidsingrijpen

Net zoals bij de ontwikkeling van vaccins, vraagt ook de aanpak van het klimaatprobleem om overheidsingrijpen. Een maatschappelijke Green Deal is nodig om een speelveld te creëren waarmee de piloten in de cockpits van de vrije markt een kans krijgen om miljardeninvesteringen terug te verdienen. Een koolstofheffing is nodig om miljoenen consumenten via het prijzenmechanisme te doen kantelen in de richting van duurzame consumptie. Verhandelbare emissierechten versnellen de terugbetaalbaarheid van duurzame investeringen bij grote vervuilers.

Laten we dus twee keer nadenken vooraleer we investeringen in een groene econome afschieten als geldverspilling of een koolstofheffing omschrijven als een platte ‘belasting’. Laten we ook twee keer nadenken wanneer we de markt of de overheid loven omwille van haar grote verdienste. De geschiedenis leert dat het in netelige maatschappelijke vraagstukken doorgaans de combinatie van beide is die uitkomsten oplevert die ons maatschappelijk vooruithelpen. Adam Smith wist dat reeds. Zijn volprezen ‘Wealth of Nations’ werd voorafgegaan door ‘Theory of Moral Sentiments’ waarin hij reeds had aangegeven dat de vrije markt een scheidsrechter nodig heeft, opdat ze zichzelf niet in eigen voet zou schieten.
 

  • Bekijk hier het debat ‘De wereld van morgen’ georganiseerd door ‘Tijd Connect’ waaraan Geert Janssens samen met Eddy Haesendonck (CEO van BMW) en Sandra Wilikens (Chief Human Resources Officer bij BNP Paribas Fortis) deel nam. Centraal stond de vraag hoe de wereld van morgen meer duurzaam kan worden.