Aanpasbaarheid meten en trainen via EEG
In hersenactiviteit kan men zien of een werknemer zich kan aanpassen aan een nieuwe werkcontext. Dat blijkt uit de eerste resultaten van een hoogtechnologisch breinonderzoek van de Antwerp Management School (AMS) en Acerta in het NeuroTrainingLab.
Het onderzoek vertrok vanuit de vraag of het meetbaar is in welke mate werknemers zich kunnen aanpassen aan een nieuwe werkcontext. Daarbij stelt zich de vraag of je als organisatie het aanpassingsvermogen van je medewerkers kan verhogen en hoe.
AMS en Acerta startten anderhalf jaar geleden het wetenschappelijk onderzoek aan de hand van o.a. EEG-metingen bij 47 werknemers van Acerta, VDAB, Baloise en IDEWE. Eerste vaststelling is dat de onderzoekers biometrische indicatoren (biomarkers) identificeerden voor aanpasbaarheid. Het betreft een verhoging van de hersenactiviteit in bepaalde hersenregio’s. Daarnaast identificeerden ze een hiërarchie van predictieve variabelen die een impact hebben op die aanpasbaarheid.”
Noodzaak
Annelies Baelus is director talent development bij Acerta Consult: “Organisaties zijn steeds in beweging, denk aan de digitalisering, de coronacrisis en Oekraïne. Daarom moeten zij en hun werknemers constant schakelen."
"Aanpassingsvermogen wordt steeds belangrijker en een bezorgdheid bij arbeidskrapte. We zochten naar een objectief meetinstrument voor aanpassingsvermogen en middelen om dat vermogen te verhogen bij medewerkers. Gestart werd met een literatuurstudie. Die moest de voorspellers voor aanpasbaarheid vastleggen. Componenten die we vonden, lieten we via een batterij van 500 vragen op onze deelnemers los.”
We zochten naar een biologische biomarker die aantoont welke hersenregio’s overeenkomen met hogere scores in aanpasbaarheid.
Testbatterij
Choi Deblieck is senior researcher in organizational neuroscience bij AMS: “We wilden een testbatterij vinden die met aanpasbaarheid te maken heeft. We werkten met twee groepen. Onder leiding van Steven Poelmans, professor strategisch leiderschap bij AMS, doorliep de ene groep een workshop over aanpasbaarheid. De andere doorliep een coachingsmethodologie, waar ze bij een rollenspel geobserveerd werden en nadien feedback kregen. Voor en na de interventies, maten we hun hersenactiviteit terwijl ze computertaken deden.
Aan de hand van objectieve hersenactiviteit zochten we naar een biologische biomarker die ons kan tonen welke hersenregio’s overeenkomen met hogere scores in aanpasbaarheid. We wilden zien of er iets objectiefs was, iets wat mensen niet kunnen manipuleren.”
Lees het volledige artikel in het decembernummer van Ondernemen.