Leestip: Het geweld van geld

In het zog van zijn emeritaat eind 2017 verscheen ‘Het geweld van geld’ van de Leuvense econoom en filosoof Antoon Vandevelde. Als een soort synthese van zijn vele lezingen en lessen, gaat hij in dit boek op zoek naar de ziel van economie. Met name naar het mensbeeld en de ethische grondslagen van ons denken over markten en geld.

Vandevelde begint met een filosofisch-historisch onderzoek naar de betekenis van geld. Hij stelt daarbij vast dat geld altijd een ambivalentie in zich draagt. Geld heeft waarde, maar kan ook waarde vernietigen. Zo heeft geld een functie als ruilmiddel dat alles vergelijkbaar maakt. Vandevelde verwijst daarbij naar de religieuze en juridische oorsprong van geld, waarbij geldstraffen de geweldcyclus doorbraken van oog om oog, tand om tand. Tegelijk duikt daarmee een nieuw probleem op. Als we overal een prijs op plakken, heeft niets nog waarde. Als liefde, vriendschap of zelfs kinderen gekocht kunnen worden, doet geld geweld aan hun intrinsieke waarde.

"Het is onze morele gevoeligheid die ons op weg zet naar een faire economie."

Economie en ethiek

Vandevelde trekt deze ambivalentie van geld door op macroniveau in de zoektocht naar de grenzen van de markt. Tot op welke hoogte kunnen we de verdeling van schaarse middelen — de essentie van economie — overlaten aan de markt? Vandevelde is als econoom én moraalfilosoof goed geplaatst om die analyse te maken.

Vaak hanteren economen en ethici een sterk verschillend mensbeeld. De econoom dat van de homo economicus die steeds handelt uit berekend eigenbelang. De ethicus hanteert eerder een (ideaaltypisch) beeld van de mens die hoort te handelen vanuit belangeloze inzet voor anderen. De auteur roept collega’s van beide disciplines op om meer naar elkaar te luisteren. Het geweld van geld is in die zin de resultante van een dialoog tussen de econoom en de filosoof in de auteur.

Antoon Vandevelde levert met 'Het geweld van het geld' een boeiende filosofie van het geld. Hij toont dat je economie niet kan begrijpen zonder inzicht in menselijke drijfveren en dat morele drijfveren daar een belangrijk onderdeel van zijn. Dat is maar goed ook. Het is onze morele gevoeligheid die ons op weg zet naar een faire economie.