Leestip: ‘Geheimen van de bestuurskamer’

Met ‘Geheimen van de bestuurskamer’ geeft Herman Daems elke Belgische bestuurder van een vennootschap of vereniging een schat aan nuttige tips en inzichten. “Dit boek gaat niet over wetten en codes. Het gaat over wat bestuurders echt doen of zouden moeten doen.”

Daems gebruikt een treffende vergelijking: “Om een auto te kunnen besturen moet je de wegcode beheersen, maar die zegt niets over het autorijden zelf”. Anders gezegd: veel boeken over corporate governance zijn te normatief, omdat ze geschreven zijn door juristen of auteurs die nauwelijks zelf in raden van bestuur hebben gezeten. Al te vaak komen ze niet verder dan het uitleggen van de verplichtingen en verantwoordelijkheden.

Vanuit zijn rijke bestuurderservaring met meer dan 25 mandaten in binnen- en buitenlandse organisaties, behandelt Herman Daems de ‘governance’-kwesties die er echt toe doen. Hij beschrijft gestructureerd hoe het er in de realiteit aan toegaat. En wat er volgens hem beter kan of anders moet.

Kernopdrachten

Elke raad van bestuur moet beginnen met het afbakenen van haar 4 kernopdrachten: de organisatie sturen, toezicht en controle uitoefenen, de normen en waarden bepalen, en de eindverantwoordelijkheid dragen. Simpelweg ‘alles doen wat nodig is’, is in de praktijk te vaag.

Bovendien is elke raad anders in het uitvoeren of benadrukken van deze kernopdrachten. De context, het aandeelhouderschap, de regelgeving, het bestuursmodel en de werkomstandigheden zijn immers voor elke organisatie verschillend. De ene raad is meer sturend, de andere houdt meer toezicht.

Een goede bestuurder

Een goede bestuurder moet vanuit zijn creativiteit de traditionele manier van denken en discussiëren doorbreken. Hij of zij formuleert gedurfde opmerkingen en durft door te vragen tot het echte probleem op tafel ligt. Er is ook nood aan diepgang en objectivering van de besluiten die worden genomen.

Om een goede bestuurder te worden of te blijven, moet men zichzelf regelmatig de volgende vragen stellen:

  • Kan ik (nog) toegevoegde waarde leveren?
  • Participeer ik actief genoeg aan de vergaderingen?
  • Lever ik voldoende inspanningen om mij voor te bereiden en betrokken te blijven?
  • Geef ik voorrang aan het ondernemingsbelang?
  • Respecteer ik mijn discretieplicht?

Het boek gaat vervolgens in op de bouwstenen van een goede raad, met onder andere aandacht voor het belang van de agenda en het goede vergaderverloop, de diverse samenstelling, de rol van de voorzitter, de interne rolverdeling, de informatiestromen en nog zoveel meer. Zo krijgt de lezer een overvloed aan bruikbare suggesties en boeiende beschouwingen.

Quo vadis?

Herman Daems besluit met enkele beschouwingen over hoe bestuursorganen zullen evolueren. Zullen bestuurders effectief nog sturen? Het bestuursorgaan van de toekomst hangt natuurlijk af van de toekomstige basisstructuur van de organisatie.

Door de veranderende maatschappij en de roep naar meer transparantie zullen organisaties zich moeten bezinnen over een aantal intrigerende vragen: Wat is onze fundamentele bestaansreden (‘purpose zonder winst’ of ‘winst zonder purpose’ zijn beide niet lang houdbaar)? Wie beslist, wie draagt de risico’s, wie houdt toezicht? Bovendien dreigt het gevaar van de toenemende juridisering met ‘box-ticking’ — het louter afvinken van de formele regels. En er zijn de snelle veranderingen in onze digitaliserende stakeholdermaatschappij waarbij elk businessmodel onder druk kan komen te staan.

We verklappen geen geheimen als we je verzekeren dat ‘Geheimen in de bestuurskamer’ een aangename must-read is voor elke bestuurder. En voor bestuurders in spe, lees eerst dit boek vooraleer je beslist om je voor een dure bestuurderscursus in te schrijven…