protest tegen oorlog in Oekraïne

Economische kost­prijs oorlog is achilleshiel van Poetin

Opinie van Geert Janssens (Tijd.be, 24 februari 2022)

Een jaar na de invasie in Oekraïne lopen ook voor Rusland de economische kosten van haar zogeheten ‘speciale militaire operatie' almaar hoger op. Cruciaal is of de Russische bevolking bereid is tot even grote offers zoals ten tijde van de Napoleontische oorlogen of WOII. Wanneer dat niet zo is, komt Poetin snel in nauwe schoentjes.

Zoals zo vaak in de geschiedenis, zijn overmoed en superioriteitsgevoel in de aanloop naar een oorlog niet ver te zoeken. Eerdere en ogenschijnlijk gemakkelijke successen, bezorgen een vals gevoel van onoverwinnelijkheid. Nadat het Westen in 2008 en 2014 flauw had gereageerd op zijn militaire agressie in Georgië en de Krim, rekende Poetin opnieuw op een zwakke tegenreactie. Naast onderschatting van de tegenstander staat doorgaans een nog grotere onderschatting van de menselijke en materiële middelen die nodig zijn om een oorlog tot een goed einde te brengen.

Verlies

Zo ook in deze oorlog. Het meest kostbare verlies is uiteraard het menselijke leed. Schattingen lopen nu al op tot meer dan 100.000 militaire slachtoffers langs zowel Russische als Oekraïense zijde. Daarbij moeten we nog meer dan 50.000 Oekraïense burgerslachtoffers tellen. En het ziet er niet bijster rooskleurig uit. Vooral een demografische inkijk biedt het ietwat lugubere vooruitzicht dat Rusland nog lange tijd nieuwe soldaten naar het front kan blijven sturen. Toch is dat ook de achilleshiel. Naast de menselijke tol heeft een oorlog ook een meervoudige economische kostprijs. En hoewel Moskou die prijs zwaar heeft onderschat, wordt die steeds meer zichtbaar.

Demografisch mag men dan beschikken over een theoretisch potentieel van enkele miljoenen soldaten, de meeste van die mensen — als ze nog niet op de vlucht zijn geslagen — werken en dragen bij tot de creatie van alledaagse welvaart. Soldaten rekruteren betekent een toekomstig verlies aan productie. Daarnaast zijn er ook tijd en middelen nodig om soldaten op te leiden, te bewapenen met degelijk materiaal en te voorzien van de nodige logistieke omkadering. Ook dat zal steeds meer productieve middelen wegzuigen van de gewone economie.

Soldaten rekruteren betekent een toekomstig verlies aan productie.

Ook de internationale sancties eisen hun tol. Poetin verklaarde onlangs ietwat triomfantelijk dat de Russische economie in 2022 slechts met 2,1 procent was gekrompen. Experts hadden gerekend op een veelvoud. De vraag is hoe duurzaam deze meevaller is, nu gas- en olie-inkomsten zienderogen krimpen en sancties de toevoer van allerlei noodzakelijke onderdelen richting de Russische economie blokkeren. Nu reeds duiken onderdelen van huishoudtoestellen op in gestrand oorlogsmaterieel.

De mindere groei creëert ook allerlei financiële kosten. Om het gat in de begroting te dichten put Moskou uit haar nationaal welvaartsfonds, dat daarmee een flink deel van haar reserves zag verdwijnen. Verder neemt men zijn toevlucht tot schuldfinanciering via staatsbanken. Dat creëert niet alleen extra interestuitgaven, maar leidt ook tot verstoringen in de kredietmarkt. Daarbij komen willekeurige winstbelastingen die wegen op het economisch sentiment en het reeds zwaar gehavend ondernemersklimaat. Het uitstellen van investeringen als een vorm van besparing is dan weer een strategie die het groeipotentieel op langere termijn ondermijnt.

Logistieke kosten

Een oorlog creëert ook tal van logistieke en bevoorradingskosten. Wat de strategen van Poetin duidelijk hebben onderschat, is dat een oorlog van dergelijke schaal op vreemde bodem een pak meer middelen vergt, zeker wanneer het niet onmiddellijk loopt zoals gepland. Wat in drie dagen moest worden geklaard, duurt al meer dan een jaar en heeft nog een lange weg te gaan. Rusland verloor reeds de helft van haar beste tanks. Samen met het gros van de munitie werd de voorraad van 3.500 langeafstandsrakketten er zo goed als volledig doorgejaagd.

Wanneer er steeds meer mensen en middelen moeten worden vrijgemaakt voor een oorlogseconomie, lopen niet alleen de financiële kosten pijlsnel de hoogte in. Het gevaar bestaat ook dat de alsmaar bredere mobilisatie de bevolking doet beseffen dat de oorspronkelijke plannen te simplistisch zijn geweest en dat Goliath op het terrein niet bepaald de beste keuzes heeft gemaakt.

De Tweede Wereldoorlog leert dat in een langdurig conflict de economische slagkracht doorslaggevend is.

WOII leert dat in een langdurig conflict de economische slagkracht doorslaggevend is. Terwijl de nazi's niet in staat waren om de Russische oorlogsindustrie in de Oeral te treffen, waren de Japanners niet opgewassen tegen het tempo waarmee de VS nieuwe oorlogsboten en vliegtuigen kon produceren. Vandaag liggen de kaarten voor Rusland anders. In de huidige omstandigheden dreigt een langdurig conflict in Oekraïne te resulteren in een economische malaise. In vergelijking met de economische slagkracht van het Westen ligt hier de achilleshiel.

Nu alles tegenzit en men dreigt te kiezen voor de vlucht vooruit, ondermijnen de economische kosten de geloofwaardigheid van Poetin. Andermaal heet het 'it's the economy, stupid'. Dit is een gevaar, maar tegelijk ook een kans om het conflict een andere wending te geven, ook op diplomatiek vlak.