muntstukken springen uit gloeilamp met gloeidraad in de vorm van het woord idea

De innovatieaftrek als opportuniteit

Welke intellectuele eigendomsrechten?

De innovatieaftrek is van toepassing op de inkomsten die worden behaald met octrooien, aanvullende beschermingscertificaten, computerprogramma’s, kwekersrechten, weesgeneesmiddelen en van overheidswege toegekende data- of markt-exclusiviteit.

In de praktijk zijn echter de octrooien en computerprogramma’s (software) de meest voorkomende intellectuele eigendomsrechten. Een octrooi beschermt een technische uitvinding. De uitvinding kan betrekking hebben op nieuwe producten maar eveneens op een verbetering van het productieproces of bijvoorbeeld een inventieve verpakkingswijze. Het is verder niet noodzakelijk dat de onderneming beschikt over een volwaardige R&D-afdeling. Elk idee uitgewerkt door een werknemer of de bedrijfsleider kan perfect beschermd worden door het octrooirecht. Dit alles maakt dat in de praktijk veel ondernemingen en kmo’s in aanmerking komen voor de aanvraag van een octrooi en de innovatieaftrek.

Ook ontwikkelde software komt in aanmerking en dit ongeacht of deze software wordt ontwikkeld als product op zich, dan wel om enkel intern te worden gebruikt binnen de onderneming (dus niet gecommercialiseerd). Merken en andere marketinggerelateerde intellectuele eigendomsrechten zoals handels- of domeinnamen, zijn dan weer uitgesloten van het toepassingsgebied.

Veel ondernemingen en kmo’s komen in aanmerking voor de aanvraag van een octrooi en de innovatieaftrek.

Wat houdt deze regeling in?

De vennootschap kan 85% van de netto innovatie-inkomsten in aftrek brengen van de belastbare basis in de vennootschapsbelasting. De kwalificerende inkomsten zijn bijvoorbeeld de licentievergoedingen die worden ontvangen van derde partijen voor het gebruik van software, maar het kan ook gaan om zogenaamde inbegrepen royalty’s. De inbegrepen royalty is dan gelijk aan een deel van de omzet die de vennootschap behaalt met de verkoop van bijvoorbeeld het geoctrooieerde product. Van de bruto innovatieve inkomsten moeten vervolgens de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling die aan de basis liggen van het ontwikkelde intellectueel eigendomsrecht, in mindering worden gebracht.

Ten slotte wordt de aftrek nog beperkt in de mate dat de ontwikkeling is gebeurd door verbonden vennootschappen of dat er intellectuele eigendomsrechten werden verworven van derde partijen. Het is bijgevolg van belang dat de O&O-activiteiten en de intellectuele eigendomsrechten op een correcte manier worden gestructureerd binnen een groep van vennootschappen voor een optimale toepassing van de aftrek voor innovatie-inkomsten.

Lees het artikel in Ondernemen, september 2022.
 

Partner(s)