Zombiebedrijven verstikken de economische groei

Berekeningen van handelsinformatiebureau Roularta Business Information brachten aan het licht dat ruim 55.000 Belgische bedrijven reeds drie jaar lang verlies maken. Ze zijn goed voor 14% van alle vennootschappen en leggen verwonderlijk veel beslag op mensen en middelen. Geert Janssens, hoofdeconoom ETION, werd door Trends Magazine gevraagd om een reactie. Hierna verduidelijkt hij enkele van zijn argumenten.

De resultaten van het onderzoek van Roularta Business Information zijn voor Geert Janssens geen verrassing. Op basis van gelijkaardige analyse kwam hij in zijn beleidsnota ‘duurzame financiering’ enkele jaren geleden tot vergelijkbare resultaten op basis van ‘Trends Top’-data. Ook toen lieten reeds 15% van de Belgische bedrijven een negatief eigen vermogen optekenen. Het betrof vaak microbedrijfjes (minder dan 2 miljoen euro balanstotaal) waarvan 1 op 3 in een precaire financiële situatie vertoeft. Maar, ook bij de kmo’s (kleine en middelgrote bedrijven) alsook de grote bedrijven (meer dan 43 miljoen balanstotaal) bleek toen dat ook daar dat 1 op 7 een eigen vermogen heeft dat lager ligt dan het maatschappelijk kapitaal.

Financiering

Dat zombiebedrijven beslag kunnen leggen op productieve middelen is eigenlijk een verrassing want wat houdt gezonde bedrijven tegen om hen de finale doodsteek te geven? Tal van factoren kunnen hierin een rol spelen. We moeten daarbij vooral denken aan concurrentiebelemmerende factoren. Een van de meest voor de hand liggende is het goedkoop geld waarmee wordt rondgestrooid als gevolg van het soepel monetair beleid van de ECB. Lage rente en goedkope financiering zouden in theorie zwakkere bedrijven in leven kunnen houden. We denken dat dit argument vooral speelt in probleemlanden van de eurozone.

Wat bij ons dan weer meer speelt, is mogelijks het feit dat banken alsmaar strengere regels opgelegd krijgen die het hen moeilijker maken om nieuwe en innovatieve bedrijven te financieren. Deze vorm van financiering is immers risicovol en toezichthouders beoordelen deze kredietrisico’s zeer streng. Daarbij komt dat er in ons land heel weinig mogelijkheden zijn voor marktfinanciering (obligaties, commercial paper, peer-to-peer lending, kredietunies,…), behalve dan voor grote bedrijven waardoor er langs die kant ook heel weinig beweegt. Onze schaalgrootte is te beperkt opdat marktfinanciering een volwaardig alternatief zou zijn voor bankfinanciering.

Complexe regelgeving

Naast financiering denken we ook aan tal van subsidiekanalen, fiscale voordelen, maatregelen,… maar ook vastgeroeste gewoontes als tweede beschermingsgordel. Minstens even belangrijk is een hopeloos complexe regelgeving die nieuwkomers het moeilijk maakt om toe te treden tot de markt. We denken dan uiteraard aan gereglementeerde beroepen, regels en administratieve lasten voor het oprichten van een bedrijf, regels voor overdracht,… alsook regels voor milieu, vergunningen, etc.

Er zijn ook nog in sommige sectoren specifieke regels zoals de koopjeswet en een hele reeks vestigingsattesten die het nieuwkomers moeilijker maakt om een deel van de markt in te pikken. Getuige daarvan is tevens de moeilijkheid waarmee we eigen bedrijven of logistieke spelers voor e-commerce van de grond krijgen. Hier spelen uiteraard ook regels voor nachtarbeid, arbeidswetgeving en hoge loonkosten.

Overlevingsmodus

Uiteindelijk is er ook een gebrek aan ambitie bij de zombiebedrijven zelf die zichzelf voortslepen in een soort overlevingsmodus of mogelijks comfortzone. Ten slotte moeten we ons ook de vraag durven stellen in welke mate jaarrekeningen een getrouw beeld geven van de realiteit. Het is niet uitgesloten dat er achter de cijfers een informele economie schuilgaat die het beeld vertroebelt.

Hoe dan ook, deze vaststellingen pleiten voor een drastische vereenvoudiging van ons economisch en arbeidsbestel opdat productieve middelen zouden worden vrijgemaakt om de economische groei een stevige duw in de rug te geven.