gasleiding met kranen Rusland, OekraIne en Europa

Geen tekort aan gas!

Nu de oorlog in Oekraïne in alle hevigheid woedt, gaan steeds meer stemmen op om Europa volledig af te koppelen van het Russische aardgas. Die discussie op zich voedt een verstoring op de internationale gasmarkt, waardoor de prijzen stijgen tot recordhoogte. En dat terwijl er eigenlijk geen tekort is. Ondernemen sprak met Ivo Van Isterdael, chief advisor CREG.

De technici van de Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG) stellen dagelijks vast dat de invoer van gas via pijpleidingen uit Noorwegen en het VK de maximale capaciteit benadert. Ook de LNG-terminals van Zeebrugge en Duinkerken draaien als een tierelier. Zij verwerken vloeibaar gas dat met tankers uit de US, Qatar en andere landen (waaronder Rusland) komt. Al dat gas gaat voor een groot deel naar Nederland en Duitsland en dient in mindere mate voor binnenlands gebruik.

“Het toont glashelder aan dat er bij ons meer dan voldoende aanbod is aan gas. Toch ligt de prijs nu meer dan tien keer hoger dan normaal. De gasproducenten in Noorwegen, de VS, Qatar… verdienen massaal, houden de prijzen hoog en vullen op die wijze ook de diepe zakken van Poetin. Als het de westerse wereld menens zou zijn om via sancties Poetin te treffen, dan volstaat het dat US, Qatar en Noorwegen hun gasprijs laten zakken tot een normaal niveau. Nu incasseren ze oorlogswinsten en sponsoren ze Rusland. De LNG-tankers met vloeibaar gas veranderen voortdurend van koers om te kunnen lossen waar op dat ogenblik de prijs het hoogst is. De kosten voor een paar dagen langer rondvaren, verdwijnen in het niets tegen de astronomische winst­marges. Het zijn allemaal tekenen van een verstoorde markt”, zegt Ivo Van Isterdael, chief advisor voor de energiemarkt van de Belgische energieregulator CREG.

Er is bij ons meer dan voldoende aanbod aan gas. Toch ligt de prijs nu meer dan tien keer hoger dan normaal.

Het model werkt tegen ons

De hoge gasprijzen voor bedrijven en gezinnen vormen één aspect van het probleem. Maar de kost voor aardgas is ook de bepalende factor in de berekening van de elektriciteitsprijs. Europa hanteert het systeem van de marginale prijszetting om te bepalen hoe de opbrengsten van de verkoop van elektriciteit verdeeld worden over de verschillende stroomproducenten. Daarbij gaat men uit van het principe dat de goedkoopste producenten zoveel stroom leveren als ze kunnen.

In België is dat hernieuwbare energie uit wind en zon en de kerncentrales. Als er dan nog stroom nodig is, komen de duurdere centrales in actie. De kost voor die laatste stroomproductie bepaalt de prijs voor het geheel van de productie. In België zijn dat de gascentrales. “Sinds oktober kennen we gasprijzen die stegen van een normaal niveau zo rond de 20 euro per megawattuur (MWh) naar pieken van meer dan 300 euro per MWh. Dat heeft ook een enorme impact op de elektriciteitsprijs. Het maakt ook dat de producenten van windenergie en nucleaire stroom nu in een positie zitten om zeer grote overwinsten te boeken, omdat hun kosten niet verhogen. Op wereldschaal wil dit ook zeggen dat de leveranciers van gas — waaronder Rusland — nu zeer veel winst maken. De vraag stelt zich of we deze berekeningsmethode nog moeten blijven gebruiken. Het model werkte goed in een normale markt, maar nu niet meer. Maar het afschaffen zou neerkomen op het loslaten van de liberalisering van de energiemarkt”, zegt Ivo Van Isterdael.

Lees het volledige artikel in het juninummer van Ondernemen.